Door Elsbeth Stoker
Beginnen met werken na een
ziekte is moeilijk. Zeker voor iemand met chronische klachten. Daarom helpen
patiëntenverenigingen bij de reïntegratie. Als het aan UWV ligt, worden dat er
meer.
Emma Verkerk (39) ging er twaalf jaar geleden nog
van uit dat ze spoedig zou sterven. Het werk in het koffiehuis, dat ze samen
met een compagnon runde, werd zo zwaar dat ze moest stoppen. De artsen gaven
haar weinig kans.
Oorzaak: HIV. Boosdoener was haar eerste vriendje,
met wie ze op haar 18de seks had. Zes jaar later ontdekte ze het. Veel last had
ze niet van het virus. Totdat ze opeens last kreeg van ‘kwaaltjes’ als
gordelroos, blaasontsteking en vermoeidheid. ‘Na korte tijd kreeg ik hoge
koorts. Ik heb een paar maanden met 40 graden op bed gelegen.’
Dood ging Verkerk echter niet. ‘Wonderlijk, maar ik krabbelde na een jaar weer
op.’ Het werk in het koffiehuis lukte haar niet meer. De zaak werd verkocht.Van het UWV, de
instantie die haar een uitkering verstrekt, moest ze wel weer aan het werk.
Althans, voor 50 procent. Vanwege de zware medicatie kan ze niet meer dan
twintig uur per week werken. Een leuke parttime baan is echter moeilijk te
vinden voor een hoogopgeleide vrouw die wat ouder is en geregeld last heeft van
haar ziekte. ‘Bij het uitzendbureau word je uitgelachen als je met die vraag
aankomt.’ Daarom volgt ze nu een reïntegratietraject via de HIV Vereniging.
Sinds 2004 helpt deze patiëntenvereniging samen met een gespecialiseerd bureau
en het UWV mensen aan een baan. Inmiddels doen er zo’n
zeventig seropositieve werkzoekenden aan mee.
De HIV Vereniging is niet de enige die zich inzet
voor de begeleiding van cliënten terug naar werk. Ook de Reuma Patiëntenvereniging
biedt sinds 2005 die mogelijkheid. De Nierpatiënten Vereniging Nederland heeft
zelfs al een eigen reïntegratiebureau opgezet, de Patiënten Desk. Sinds 2001
zijn al bijna vierhonderd nierpatiënten dankzij dit speciale traject aan het
werk geholpen, aldus het UWV. Dat moeten er meer
worden, vindt de uitkeringsinstantie. Daarom hoopt UWV de komende jaren met nog
meer patiëntenverenigingen zaken te doen. ‘Deze groepen werkzoekenden hebben
specifieke hulp nodig. Een regulier
reïntegratiebedrijf kan deze hulp niet bieden. Zij missen de kennis over
wat de ziekte in de praktijk voor iemand betekent’, stelt Martin Harms. Hij is bij het UWV verantwoordelijk voor de inkoop
van reïntegratiedienstverlening voor alle cliëntengroepen. ‘Patiëntenverenigingen
kunnen werkgevers bovendien beter voorlichten over de mogelijkheden die er zijn.
Soms hebben werkgevers vooroordelen. Een deel van de nierpatiënten hoeft
bijvoorbeeld niet meer dagelijks naar het ziekenhuis om te dialyseren.’
Meer dan honderdduizend Nederlanders met een WW-, WIA- of WAO-uitkering krijgen
via het UWV hulp bij het vinden van werk. Hoewel het moeilijk is te meten wat
de toegevoegde waarde van deze trainingen precies is, vindt zo’n 35 tot
40 procent van de arbeidsongeschikten een baan na een ‘normaal’ traject,
aldus het UWV. Met behulp van een patiëntenorganisatie ligt dat percentage 10 tot
15 procent hoger, schat Harms. ‘Vaak
worden deze mensen als zielig beschouwd, maar dat is niet altijd nodig en zelfs
ongewenst. Veel van deze mensen kunnen heel wat presteren op de arbeidsmarkt.’
Een toegevoegde waarde heeft het traject bij de HIV
Vereniging zeker gehad, concludeert Emma Verkerk. Ze heeft het inmiddels druk met het opzetten van haar eigen bedrijf. ‘Ik
had nooit de behoefte om te praten met lotgenoten, maar het leek me wel leuk om
dat te doen met andere HIV’ers
die ook weer willen werken.’ Dat viel soms tegen. ‘Enkele deelnemers zijn heel
boos op de wereld omdat ze ziek zijn. Dat ben ik niet.’ Verkerk had het meest
aan de aandacht voor het minderwaardigheidscomplex waarmee veel HIV-patiënten kampen. ‘Door de medicatie heb ik dunne armen
en benen en een extreem dik bovenlijf. Als je er zo uitziet, moet je heel sterk
in je schoenen staan bij een sollicitatie.’